Bakkum
de heimwee naar voorbije tijden glijdt langs de dennen in het zand nu ik de meisjes spelen zie die ´t aller kleinste zijn ontgroeid en hunkerend naar wat er komt soms in een kleine vrije val als de onzekerheid hen vat zo weerloos zijn ze zijn het liefste van ons allen en niemand niets geen wet gebod verandert dat zeeën van goedheid draag hen verder naar levensvreugd en mededogen op woeste golven die de kust bereiken
Voor Marleen en Pepi, najaar 2010 |
|